Een veelvoorkomend argument voor het uitbreiden van hernieuwbare energiebronnen en het toepassen van groene stroom is dat technologieën zoals zonnepanelen en windturbines verantwoordelijk zijn voor veel minder kooldioxide dan elektriciteitscentrales die fossiele brandstoffen verbranden. Maar twee andere krachtige voordelen zouden ook veel meer aandacht moeten krijgen: de overstap kan enorme hoeveelheden zoet water besparen en kan een groot aantal nieuwe, goedbetaalde banen opleveren. Wil je bewijs? Laten we eens kijken naar de gegevens die ons gedetailleerde onderzoek heeft onthuld.

 

Slechts ongeveer 3 procent van het water op aarde is zoet water. Het meeste daarvan is bevroren in gletsjers, wat betekent dat slechts 0,8 procent van de waterreserves van de planeet kan worden afgetapt voor menselijk gebruik. Water is een kostbaar, maar beperkt handelsartikel. En bijna 1 miljard mensen wereldwijd hebben geen toegang tot schoon water.

 

In de Verenigde Staten wordt 45,3 procent van het water dat uit meren, rivieren en ondergrondse watervoerende lagen wordt onttrokken, gebruikt om thermo-elektrische centrales af te koelen: kernreactoren en installaties die fossiele brandstoffen verbranden.

 

Dit is meer water dan in het hele land wordt gebruikt voor irrigatie en het overtreft veruit elke andere vraagbron, inclusief de openbare consumptie.

 

Om een ​​gemiddeld huis van elektriciteit te voorzien, heeft een kerncentrale 615 liter koelwater per dag nodig, een kolencentrale 199 liter per dag en een aardgascentrale 114 liter per dag. Het verbluffende volume is een stille dief die de Amerikaanse watervoorziening bedreigt.

 

Maar om er zeker van te zijn dat we appels met appels vergelijken, laten we eens kijken hoeveel water elke stroombron opneemt om één megawattuur elektriciteit op te wekken. Aardgas-, kolen- en kerncentrales stonden in 2016 op één, twee en drie, in termen van de totale hoeveelheid opgewekte Amerikaanse elektriciteit in een jaar. En aardgas zal naar verwachting in 2050 nog belangrijker worden.

 

Vanuit het oogpunt van zoetwaterbesparing lijkt het duidelijk dat het land moet overschakelen op hernieuwbare energie. Deze stap zou meer zoet water beschikbaar maken voor voedselproductie en menselijke consumptie, vooral als de bevolking groeit. Het zou ook de uitstoot van broeikasgassen aanzienlijk verminderen.

 

Het blijkt dat uitbreiding van hernieuwbare energiebronnen veel meer banen schept dan uitbreiding van fossiele brandstoffen en kerncentrales samen. Een deel van het voordeel is van bouwwerkzaamheden om zonne-infrastructuur uit te bouwen. Amerikaanse kolen- en oliebanen verdwijnen en de levering en verbranding van meer aardgas voegt weinig banen toe omdat de operaties sterk geautomatiseerd zijn en weinig mensen nodig hebben. 

Banen in de zonne energie betalen ongeveer dezelfde mediane salarissen als banen voor fossiele brandstoffen. Kernenergiebanen betalen nog steeds het hoogste, omdat ze zeer technisch zijn en een groot risico met zich meebrengen. Windenergie banen betalen gemiddeld minder.